Strip- en omkatfabrieken

Een fenomeenstudie als basis voor inzicht, awareness en aanpak

Er zijn in ons land ‘fabrieken’ waar auto’s die zijn gestolen in een paar uur tijd veranderen in losse onderdelen of van identiteit, waarna de onderdelen of de auto’s weer verkocht worden. Bureau Beke deed onderzoek naar deze strip- en omkatfabrieken, een fenomeen dat onderdeel is van georganiseerde voertuigcriminaliteit.

Op basis van een reconstructie van twintig opsporingsonderzoeken, een deskresearch, gesprekken met materiedeskundigen en slachtoffers en Mystery Guest bezoeken, wordt ingegaan op dit fenomeen. Naast het beantwoorden van vragen zoals hoe het fenomeen strip- en omkatfabrieken in elkaar zit als het gaat om de werkwijze, dadergroepen, opbrengsten, maatschappelijke schade (ondermijnende effecten), impact voor slachtoffers en raakvlakken met andere vormen van ernstige criminaliteit, wordt ook ingegaan op (kansen voor) de aanpak.

Het fenomeen in het kort

Vooral ‘jonge’ voertuigen worden gestolen. Vaak Duitse merken zoals: BMW, Volkswagen, Mercedes en Audi maar ook Renault en Porsche.
Locatie vaak in kleinere gemeenten, dorpen of gehuchten (63% van de locaties).
Locatie vaak op afgelegen bedrijfsterreinen (zonder camerabewaking of toezicht).
In garagebedrijven, fabriekshallen, loodsen of garageboxen (vaak gehuurd bij legale bedrijven).
Voertuigen worden in slechts een paar uur gestript/omgekat.
Gestolen auto’s veranderen in losse onderdelen of krijgen een nieuwe identiteit.
Per fabriek: tientallen tot ruim honderd omgekatte voertuigen, honderden tot duizenden onderdelen.
Verkoop: fysiek en online, nationaal en internationaal.
Gevolgen: o.a. financiële schade en verkeersonveiligheid.
Kleine dadergroepen van 2 tot 5 mannen. Leeftijd van 30 tot 50 jaar. Vaak meerdere jaren ervaring met werkzaamheden m.b.t strippen/omkatten van auto’s.
Daders vaak uit Nederland en uit Oost-Europa. Schadelast per dadergroep tussen 100.000 en 2.000.000 euro.
Verwevenheid met andere (ondermijnende) criminaliteitsvormen.